Een spelletje: De persoon onder mij.
Het gaat zo:
Persoon A zegt: DPOM heeft rood haar?
Persoon B zegt: Ja of nee, en stelt dan een nieuwe vraag.
DPOM is nu thuis?
Het gaat zo:
Persoon A zegt: DPOM heeft rood haar?
Persoon B zegt: Ja of nee, en stelt dan een nieuwe vraag.
DPOM is nu thuis?